Ode aan de Prinses

Ode aan de Prinses

Omstreeks 1983-84 was onze Ford Consul Coupé 6 cilinder aan vervanging toe. Groot gezin, 6 personen dus pa besloot opnieuw naar een ruime auto te gaan kijken. Wij, als de  jongste kinderen van het gezin vonden dat altijd bijzonder interessant. Op deze grote dag zaten we dus al snel op de achterbank van de inmiddels afgeschreven Consul, hij liep nog op 5 van de 6 cilinders. Ergens in Brabant, ik denk in de regio Den Bosch had pa iets speciaals gevonden. Na diverse Fords; de12m, Taunussen en de Consul was nu het oog van pa op een Prinses gevallen en dat leek ons natuurlijk wel wat.

Bij aankomst wisten wij het direct, binnen een halve minuut, dit is ‘m ! 4 deuren, 2 eigen deuren voor ons dus, groot, schuin, bruin skai dak, wat we al kende van de Taunussen, al waren die altijd zwart. Het mooiste van alles, het zag eruit als een soort ruimteschip met oplopende taille lijnen, heel veel knoppen,. fluwelen bekleding, hoofdsteunen en zelfs gordels, vast voor de snelheid, achterin. De naam vonden we ook helemaal goed . .. .Prinses!.
Zeker, hier kon je mee voor komen rijden! En we wisten ook zeker dat zo’n Prinses wel heel snel zou moeten gaan.

Pa bleek toch minder enthousiast over deze Engelse godin dus al snel zaten we weer op de achterbank van de Consul. Wellicht was het toch ma? Duidelijkheid heb ik hier nog steeds niet over.

Enkele weken later reden we, wederom gepropt op de achterbank, zonder gordels, naar het vakantie-adres. Op weg met een zeer comfortabele godin, hydraulisch over de route du Soleil, maar helaas. . .. .geen engelse maar een Franse Prinses.
Een blauwe Citroën GS Club Break wisten ze pa aan te smeren bij de lokale Citroën dealer. Deze deed er 3 dagen over om de Costa Blanca te bereiken.

Hierover later meer . . .



Reacties zijn gesloten.